woensdag 28 april 2010

Proost! Op de tieners

Kortgeleden is in kaart gebracht dat in Nederland zo’n vijftienhonderd zogenaamde drinkketen staan, voor een groot deel in de provincies Friesland en Overijssel. Een andere recente publicatie laat lezen dat het aantal jongeren dat opgenomen wordt met een alcoholvergiftiging het afgelopen jaar is toegenomen tot meer dan vijfhonderd per jaar.

De reactie is altijd dezelfde. Onze jongeren! Met hun tere hersenen! Zie hoe ze op YouTube emmers bier wegdrinken alsof het water betreft na een week in de woestijn. Er moet iets gebeuren! De reacties zijn overtrokken. Het is waar, de fontanel heeft zich nog maar pas gesloten, maar het probleem moet niet groter gemaakt worden dan het is. Ik hef daarom het glas op relativering.

In de media komt een verwrongen beeld van de tiener naar voren. Ze worden bij de haren gepakt en gezamenlijk neergezet als alcoholverslaafden. Met terugkerende termen als zuipkeet en comazuipen wordt het plaatje nog somberder. Alsof tieners zich in het weekend en masse terugtrekken in dat hok in de weilandhoek om zichzelf bewust tot een coma te drinken.

Dat is een bezopen generalisatie. Veel van mijn leerlingen van vijftien of zestien hebben nog nooit een druppel alcohol geproefd. Anderen zeggen wel eens aangeschoten of dronken te zijn geweest, maar uit alles blijkt dat het doorgaans allemaal nog erg onschuldig is. Ik maak me niet ongerust over de tieners. Ze zijn precies als hun voorgangers, ze zoeken af en toe de grens op, maar kennen hun verantwoordelijkheid.

Tuurlijk. In de weekenden gaan ze naar hun keet, of naar donkere hangplekken met een plastic tas vol blikbier of mierzoete kleurdrankjes. Er wordt wat wiet gerookt en soms fietst er een de sloot in. Maar zo hoort dat als je jong bent. Er zijn in Nederland twee miljoen tieners die experimenteren. Dat moet je ze gunnen, maar vertel ze wel dat buitensporigheid nooit gewoon mag worden. Waarschuw ze en licht ze goed in.

De VNG wil nu de leeftijdsgrens voor het kopen van drank verhogen van zestien naar achttien jaar. Een zot plan. Met softdrugs werkt dat ook niet. Probeer eerst eens een strengere handhaving van de huidige leeftijdsgrens. Bestraf supermarkten die de regels overtreden. Een leeftijdsverhoging zal de excessen niet voorkomen. Sterker nog: het aantal uitspattingen zou waarschijnlijk toenemen omdat de controle afneemt.

Boven alles: breng het woord comazuipen niet in verband met de jeugd. Een coma is nooit het doel. Beschuldig mijn leerlingen er niet van dat ze zich bewust bewusteloos drinken. Zijn het niet vooral volwassenen die in staat zijn zich bewust de zorgen uit de kop te spoelen met alcohol? Het is misschien juist die begerenswaardige zorgeloosheid van de jeugd die de overspannen reacties heeft gewekt. De mens is van zichzelf een jaloers wezen, vooral als het jeugdigheid betreft.

Dus wat zou het. Proost! Gun de jeugd de jeugd, maar schilder ze niet af als een stel bezopen idioten. Geef toe, het liefst zouden we er allemaal onbekommerd er op los leven. Helaas leveren we met het passeren van de jaren steeds meer van onze jeugdige vrijheid in. Dus als er al een levensfase is waarin je de sloot in fietst door een biertje teveel, laat het dan de tienerjaren zijn. Ik vind het beeld van een beschonken volwassen man bedekt met eendenkroos tamelijk sneu, maar een jonge knul het water in zien slalommen, daar lach ik hartelijk om.

woensdag 14 april 2010

Meisjes zijn beter

Meisjes. Je moet er van houden. Maar als je er van houdt zijn ze geweldig. Je hebt meisjes in alle maten en soorten. Ze zijn dun, dik, luid, stil, links, rechts, dromerig, scherp, stoer, bescheiden, donker, blond, emo, alto of hip, maar als het er op aan komt zijn ze zonder uitzondering serieus. Ze heten Selena, Thirza, Elise, Janna en Laura. En ze zijn mooi. Meestal zijn meisjes op de eerste plaats mooi. En als het lente is, zijn de meisjes nog mooier.

Het zit ze mee. De meisjes hebben de wind flink in de zeilen. Ze blinken uit en laten de jongens achter zich. De oorzaak is zonneklaar: het onderwijs is als een rode loper voor de vrouw geworden.

Op crèches, naschoolse opvang en kleuterscholen is de man een nagenoeg uitgestorven soort. In het basisonderwijs is het plaatje niet anders: vier op de vijf leerkrachten daar is vrouw. Voorlopig zal deze samenstelling ook niet veranderen, want de pabo blijft slecht in trek bij mannen.

Dat lijkt nadelig voor jonge jongens, want die hebben volwassen ballen nodig om zich aan op te trekken. Jongens moeten op jacht, ze moeten rennen, onderzoeken en schreeuwen. Anders schieten ze in de stress. Meesters laten de jongensapen daarom lekker uitbrullen op het plein, maar juffen roepen de druktemakers eerder tot de orde.

Ondertussen kleuren de meisjes fijn tussen de lijntjes. Geconcentreerd en met de tong in de mondhoek. Ze wachten hun successen rustig af. En ze observeren. Jongens hollen, gooien en trappen, terwijl meisjes de kunst afkijken van volwassenen. Daarom leren ze sneller.

Net chimpansees.

Ook biologisch zijn jongens telkens net enkele stappen later. Jongens hebben nog nauwelijks een haar in de okselholte, als meisjes al hun eerste bh uitzoeken bij de h&m.

In groep 8 zijn de prestaties van jongens en meisjes niettemin vergelijkbaar, maar eenmaal op een middelbare school lopen jongens sneller tegen een muur op. Dat komt enerzijds omdat hun taalontwikkeling achterligt. Anderzijds vindt dat zijn oorsprong in het ‘taliger’ worden van het onderwijs.

Sinds de Tweede Fase is de nadruk komen te liggen op zelfstandigheid, plannen, werken in groepjes, het schrijven van verslagen en presenteren, kortom, op verbaal-linguïstische vaardigheden waar meisjes beter raad mee weten. Bovendien zijn ook exacte vakken als wiskunde en natuurkunde veel taliger geworden. De focus op abstract-ruimtelijk is verlegd naar een meer linguïstische bedrevenheid. De meisjes glunderen. Redactiesommen! Een ramp voor jongens en zeker voor hen die thuis geen Nederlands spreken.

Deze schoolse manier van werken wordt bovendien steeds meer gekopieerd in het hoger onderwijs en op de arbeidsmarkt. Op hbo’s en universiteiten zijn pop-verslagen en tussenevaluaties gewone elementen in het curriculum geworden. Jongens verliezen van de weeromstuit alle motivatie; meisjes plannen, schrijven en babbelen zich er doorheen.

Aangezien meisjes beter scoren op het Centraal Examen, worden zij buitendien in grotere getale toegelaten tot studies met een gewogen loting, zoals geneeskunde. Tel hier het pabo-probleem bij op en constateer dat de twee grote probleemposten van de overheid, onderwijs en zorg, de komende halve eeuw door vrouwen gedomineerd zullen worden.

Maar voorlopig kraaien in de top nog steeds de mannen. Boven op de heuvel zijn ze nog in hun element, omdat ze daar nog mogen hollen, trappen en spelen. Omdat ze mogen schreeuwen en brullen als apen. Maar let op! Op een dag schrijven ze hun eerste pop- of zelfreflectieverslag, letten ze even niet op en zwaait een vrouw de scepter. Dat is een kwestie van tijd.