Twee weken terug rende ik de
hal binnen waar tot mijn verrassing de groepsfoto werd gemaakt. Mijn collega's
hadden bijkans de pyjama nog aan, zo vroeg was het. Als het jaar niet succesvol
wordt, zullen we later zeggen: kijk, het team zag er niet fit uit, bleekjes,
niet uitgeslapen. Geen wonder dat het jaar rampzalig verliep. Loopt het jaar
geweldig, dan zeggen we later: ze liepen op hun tandvlees, die dappere
strijders!
Flits.
Twee jaar geleden zag de fotografe mij bij het sorteren van de
foto's onbedoeld aan voor een leerling. Opeens zag ik het, in het voorbijgaan:
daar hing mijn hoofd, na de gymnasium-2 groep, tussen de honderden portretten
van leerlingen. Ik lijk blijkbaar op een tweedeklasser. Hoewel. Iemand had met
een sleutel op de doorzichtige plastic beschermplaat gekrast, precies op de
plek van mijn portret, zodat vanuit sommige hoeken mijn foto onzichtbaar werd
achter een waas. Pijnlijk.
Flits.
De schoolfotograaf is een opmerkelijk fenomeen, juist in dit tijdvak
waarin portretfotografie van iedereen is geworden. Kinderen leggen zichzelf en
anderen aan de lopende band vast voor de eeuwigheid. Er was een eeuw waarin
moeders zich de moeite getroostten de kinderen in de zondagse kleding te hijsen
als die ene schooldag aanbrak waarop de fotograaf langskwam. Het was
welbeschouwd misschien de enige kans in het jaar op een fatsoenlijke foto van
de kinderen.
Flits.
Ik vind de schoolfotografe een aantrekkelijke vrouw, maar ze komt
nooit op de foto. Volgende keer neem ik een foto van haar.
Flits.
De examenklassen doen er alles aan om zo gek mogelijk op de
groepsfoto te komen. Georganiseerd via de sociale media, stel ik me zo voor,
die gekkigheid. Dus daar staan ze, in badpak in de hal. Zwemvliezen. Badlaken.
Strandbal. Bikini. Nee, dat van die fatsoenlijke foto geldt anno 2012 niet
meer.
Flits.
De docentenfoto komt voor mij altijd als verrassing. Zo komt het dat
ik twee foto's van opeenvolgende schooljaren bezit, waarop ik onder mijn
colbert hetzelfde Elvis Presley T-shirt draag. Ik ben geeneens fan van The
King, maar sta er toch maar mooi twee jaar achtereen mee op de kiek, tot in de
eeuwigheid, amen.
Flits.
Meisjes zijn op hun meisjesachtigst als de schoolfotograaf in het
gebouw is. Ze vragen altijd of ze vijf minuten eerder richting de fotograaf
mogen, om zich op te tutten bij de toiletten. Steeds meer jongens doen dat ook
– zo'n Justin Bieber-kapsel vraagt de aandacht van een beeldhouwer, moet je
maar rekenen.
Flits.
In de film Le fabuleux destin d'Amélie
Poulain vindt de hoofdrolspeelster telkens verscheurde fotovelletjes
van dezelfde man. Ze vraagt zich af wie hij is en waarom zijn portret telkens
opduikt bij de fotohokjes op stations. Ze ontdekt het. Hij blijkt de
reparateur. Misschien begint de schoolfotografe elke dag met een serie van
zichzelf om het licht te testen en liggen in de prullenbak van haar computer
talloze series van haar portret.
Flits.
Als ik de docentenfoto's van de afgelopen jaren naast elkaar leg
valt me de continuïteit van het grijze en de discontinuïteit van het groene op.
Vijftigers, ja. Veertigers, ook. Dertigers, weinig. Twintigers, nauwelijks.
Flits.
Een pasfoto is als een tijdspiegeltje. Enkele seconden voor dat
ultrakorte moment ging je zitten, daarvoor deed je je haar nog even goed, dat
uur gaf je les, die dag had je een goed humeur, die week werd het herfst, die
maand kon je de slaap moeilijk vatten, dat jaar kwam je tot de ontdekking dat
alles anders moest.
Flits.
Ik sta linksachter. Ik mocht van de fotografe op een tafel staan,
tussen de andere dappere strijders. Ik ben de jongste. Mijn hoofd hangt straks
weer tussen de leerlingen ben ik bang.
(gepubliceerd in de Leeuwarder Courant op 15-11-2012)