donderdag 2 mei 2013

Jet en de Finnen

Onze toekomst hangt af van de leraren in Nederland. Daarom wil ze hogere eisen stellen aan de instroom bij opleidingen, minder rompslomp en betere arbeidsvoorwaarden. En oh ja, leraren moeten van elkaar leren.

Zegt Jet.

Jet is geïnspireerd geraakt. Vorige week vond in Amsterdam de ‘Onderwijstop G20’ plaats. Gastland Nederland staat op de zevende plaats in de wereldranglijst, maar tevreden zijn we niet. De minister wordt daarover geïnterviewd. Ik kijk en zie ambities.

We moeten naar Finland kijken, zegt ze. We weten het intussen: Finland is onderwijssprookjesland. Daar worden leraren ‘De Kaars van De Natie’ genoemd. In Nederland zijn docenten eerder de Aars van De Natie. In Finland worden leraren aanbeden, begeerd zelfs – iedereen wil er met een onderwijzer trouwen. Leraren moeten weer sexy worden, zie ik haar denken. Dat begint met de minister, denk ik op mijn beurt.

In Finland staan alleen academici voor de klas. In Finland hebben ze drie maanden zomervakantie. In Finland is het onderwijs gratis, net als het schooltransport en de lunch. Leerlingen maken er 780 (in plaats van 1040) uren per jaar. Maar ook: in Finland is minder dan 1 procent van de inwoners van niet-westerse afkomst. In Finland heeft men nog ontzag voor gezagdragers. Finnen maken een langetermijnplanning en ze wedden niet op honderd paarden tegelijk. In Finland, in Finland, in Finland!

Ik ben altijd fan geweest van Jari Litmanen, de Finse voetballer van Ajax. Ontzettend sympathieke nummer 10. In Amsterdam noemden ouders hun kind Jari Litmanen, als in: Jari Litmanen de Vries. Litmanen opende de ogen: eigenlijk bleek alles in Finland sympathiek en solide geregeld. Nokia maakte onverwoestbare mobieltjes. Ze spraken er een Finoegrische geheimtaal. Ze kwamen samen in sauna’s.

En hun onderwijs staat dus al jaren op de eerste plaats.

In het item dat EenVandaag aan de G20 wijdt, komen drie docenten aan het woord. Hun verhaal klinkt als een mop die de verschillen fraai blootlegt.

De Fin zegt: ik ben goed opgeleid en gelukkig, ik heb heel veel vrijheid in mijn werk. De Amerikaan zegt: de politieke koers verandert om de haverklap, ik moet teveel vergaderen en cursussen volgen, maar gelukkig, ik heb veel vrijheid in mijn werk. Dan zegt de Nederlander: ik heb mijn lesbevoegdheid nog niet, de politieke koers verandert om de haverklap, ik moet veel vergaderen, veel cursussen volgen en… meer mag ik daar eigenlijk niet over zeggen.

Het verschil? Vrijheid dus.

Onderwijs is altijd overgeleverd geweest aan de grillen van een nieuw kabinet. Nu zit Jet aan het roer en dat is goed nieuws. Althans, minder rompslomp en betere arbeidsvoorwaarden, dat klinkt als muziek in de oren. Heeft ze opgelet en niet teveel met haar mobieltje gespeeld op de onderwijstop, dan zal Bussemaker deze doelen proberen te verwezenlijken door zich te richten op de autonomie van scholen en vooral van de leraar.

Het Finse systeem is gebaseerd op vertrouwen. De Finnen geloven niet zo in ‘meten is weten’ – scholen en docenten worden er niet telkens en opnieuw gecheckt, geëvalueerd, langs de meetlat gelegd, doorgelicht, gescand, uitgehoord. Er zijn geen standaard kwaliteitscontroles en scholen bepalen hun eigen curriculum. Kwaliteit komt voort uit goed opgeleide docenten die als professionals behandeld worden, niet uit voortdurend wantrouwen. Het is die op vertrouwen gebaseerde vrijheid die het Finse succes verklaart.

Dus stop de voortdurende metingen en inderdaad, mevrouw Bussemaker, pak de daaruit gegroeide paperassendictatuur aan, vooral in het basisonderwijs. De kern van goed onderwijs zit in goede lessen, in de relatie tussen de docent en de leerling. En wie weet, misschien hebben we dan ook nog wat tijd over om van elkaar te leren. Liefst in de sauna.

(gepubliceerd in de Leeuwarder Courant op 24-04-2013)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten