Het
is wel een dingetje, hoor, de salarisschaal waarin je zit. Aan de bovenkant van
het spectrum heb je de vlak na de oorlog geboren LD’ers. Zij zitten comfortabel
op het pluche van de ‘verworven rechten’, genieten een riant salaris, draaien
gemiddeld twaalf uur per week en hebben dus genoeg tijd om te klagen over die
vierhonderd vakantiedagen per jaar. Aan de onderkant vind je de LB’ers, de
lesboeren. Zij vormen het proletariaat dat zich in veertiendehands Opel Corsa’s
naar de onderwijsfabriek sleept om zich daar voor een habbekrats het snot voor
de ogen te werken.
Voor
de eenvoudige lesboer zijn er gelukkig wel mogelijkheden om hogerop te komen, maar
de weg daar naartoe is nog nooit zo lang geweest. Eenvoudigweg goed lesgeven is
niet genoeg. Je moet voldoen aan de eisen van de zogenaamde functiemix, criteria
die soms slechts zijdelings met doceren te maken hebben.
Ik
deed de afgelopen jaren mijn best, wachtte rustig op toenadering van mijn bazen,
maar toen die niet kwam, besloot ik om tijdens mijn laatste
functioneringsgesprek maar eens een balletje op te gooien. Zou het misschien mogelijk
zijn dat ik, simpele lesboer met een eenvoudige wagen, eens een LC-functie – in
dat schimmige gebied tussen de lesboeren en de lesadel – zou kunnen bekleden?
Mijn pas aangetreden leidinggevende, al weer de vijfde die ik tegenkom in mijn zesjarige
loopbaan, raadde mij aan te beginnen met het aanleggen van een map. Een bewijsvoering
eigenlijk, om aan te tonen dat ik voldoe aan de gestelde criteria. Prestaties in
het onderwijs tellen pas als ze op papier staan.
Er
moeten dus scans gemaakt worden van cursuscertificaten en beoordelingen van
leerlingen en leidinggevenden. Ik spit mijn inbox door op zoek naar bewijslast:
projecten die ik heb opgezet en aaneen gecommuniceerd. Was er niet nog een
compliment van een vader? Een bedankje van een leerling? Natuurlijk ben ik ook
allerlei documenten uit het oog verloren. Waar ligt in hemelsnaam mijn geschiedenisbul?
Ik
scan veter- en zwemdiploma’s. Misschien helpt het als ik mijn
avondvierdaagsemedailles ook in de map stop? Is dat rijbewijs van Verkeerspark
Assen nog wat waard? Kijk, ik deed in 1986 ook mee aan dat voetbaltoernooi voor
F-jes in Houtigehage. Misschien verstandig om een kopie van het vaantje te
maken?
Ik
las de functieomschrijving van een LC’er en dacht, fukkeduk, daar hebben we
weer zo’n lijst losse kreten. Na het lezen van de eerste zin – ‘draagt
structureel kennis/expertise en vaardigheden over aan heterogene en/of complexe
groepen en past daarbij uiteenlopende gedragsscenario’s toe’ – haakte ik al af.
Ik weet namelijk wel wat men wil zien: een goedgevulde map met papieren
prestaties.
En
dat vind ik irritant. Ik had liever gezien dat mijn leidinggevende op mij af
was gekomen en had gezegd, Posthumus, je bent al jaren goed bezig, misschien
wordt het tijd voor een nieuwe tweedehands Volkswagen. Maar misschien is dat
beeld te romantisch. Anno 2013 moet je gewoon een portfolio bij elkaar
scannen.
Het kan ook te maken hebben met het feit dat ik nog
geen enkele leidinggevende langer dan een jaar heb meegemaakt. De elkaar in
hoog tempo opvolgende teamleiders hebben geen idee van wat ik vermag.
Maar
kijk, ik ben dus begonnen – de scanner staat roodgloeiend. Ik graaf in mijn
geschiedenis, want inderdaad, wat héb ik eigenlijk gedaan? Ik zal de map maar
goed vullen. Uiteindelijk tellen prestaties alleen als ze op papier staan,
hoeveel snot je ook voor de ogen hebt.
In
de personeelskamer grap ik wel eens dat ik al een LC-functie kreeg toen ik voor
de LC columns ging schrijven. Ik wuif mijn ambities lacherig weg. Maar als ik
eerlijk ben, tja, dan wil ik gewoon die nieuwe tweedehands Golf.
(gepubliceerd in de Leeuwarder Courant op 31-10-2013)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten