De babyboomgolf, die enorme vloedgolf
van vergrijzing, dat product van hersteld vertrouwen, spoelt de
komende jaren aan op het pensioenstrand. Nu hoorde ik dit verhaal
vijf jaar geleden ook al, maar blijkbaar geldt deze zich herhalende
noodkreet nog steeds. Het is een flinke golf, moet je maar rekenen.
Net las ik dat de komende vijf tot zes jaar veertig procent van het
lerarenbestand stopt. Kort geleden passeerde het aantal
gepensioneerden in Nederland de drie miljoen. In 2040, is de
schatting, is bijna dertig procent van de bevolking 65-plus.
Uit een enquête van DUO blijkt dat
tachtig procent van de Nederlandse scholen in het voortgezet
onderwijs te maken heeft met krimp van het personeelsbestand, omdat
het budget van middelbare scholen voor onderwijsgevend personeel met
zestien procent daalt. Dat is niet mis. De vacatures die de
pensionado's achterlaten worden niet ingevuld met jong talent. Bij
een gelijk aantal leerlingen betekent het simpelweg dat docenten die
er al zijn meer les moeten geven en dat er dus minder ruimte is voor
andere taken die toch zo broodnodig zijn. Extraatjes als projecten,
excursies, naschoolse activiteiten, maar ook het onmisbare
mentorschap, de begeleiding van profielwerkstukken of extra lessen
voor de excellente, of juist moeilijker lerende kinderen komen in het
geding. Reken er maar niet op dat docenten vrijwilligerswerk gaan
doen.
Voor krimpregio's, de leeglopende
uithoeken van het land, lijkt de vergrijzing niet zo'n probleem te
zijn. Minder leerlingen betekent immers ook dat er minder docenten
nodig zijn. De bevolkingsdaling – met name veroorzaakt door
ontgroening, dus door vertrekkende jongeren – lijkt daar mooi de
grijsgolf te compenseren. Als er tien leerlingen minder zijn, kan er
weer een docent naar huis. Maar eerlijk gezegd krijg ik de indruk dat
deze vlieger niet altijd op gaat.
Zie. Mijn werkgever worstelt ook met
een afnemende leerlingenpopulatie, maar weet die niet de vereffenen
met de afzwaaiende grijzen. De jonge garde die de afgelopen twee jaar
enthousiast de opengevallen plaatsen innam van de gepokten en
gemazelden, moet nu weer het veld ruimen. Het geld is op. De lessen
zullen voor bijna honderd procent gegeven worden door docenten met
een vast contract. Naarstig werd gezocht naar 'slapende
bevoegdheden'. Opeens leek iedereen bevoegd om ckv te geven. Een
collega van geschiedenis verhuist volgend jaar naar de sectie Duits.
Van collega's van Nederlands en aardrijkskunde werd de
geschiedenisbevoegdheid wakker geschud. Alles stond op z'n kop om
maar geen nieuwe mensen aan te nemen en alles intern op te lossen.
Hand op de knip. Knip in het personeel. Personeel in de rats.
Maar de grijsgolf draagt een
belangrijke eigenschap op zijn schuimende koppen mee: de
eerstegraadsbevoegdheid. Het zijn immers de doorgewinterde grijsaards
die de bovenbouw van de havo en het vwo voor hun rekening nemen. Zij
zijn daartoe bevoegd. Van de 90.000 leraren in Nederland is zo'n 10%
eerstegraads en daarvan is de helft straks met de camper vertrokken.
Er is weinig nieuwe aanwas. Met name voor de bètavakken worden niet
veel eerstegraders opgeleid, maar dit geldt in mindere mate
evenzogoed voor andere vakken. Het onderwijs staat een kaalslag te
wachten.
Ik hoop na de zomervakantie te kunnen
schrijven dat de nieuwe politieke coalitie de budgetbeperkingen terug
heeft gedraaid. Wil het Nederlandse onderwijs mee blijven spelen op
het hoogste niveau dan moet een eerstegraads brandwond worden
voorkomen.
(Gepubliceerd in de Leeuwarder Courant op 10-07-12)
Heel herkenbaar Jelte,
BeantwoordenVerwijderenIk heb het nu een paar keer meegemaakt dat een vacature verdween omdat een docent techniek o.i.d. mijn vak wel kon geven. Zonde!
groet Ditha